Voor de rechtbank: ‘Ik zag geen oplossing, het was wanhoop’

DEN BOSCH | Iedere werkdag vinden er in de Bossche rechtbank zittingen plaats. Een deel van de zaken komt voor bij de politierechter. Die behandelt de zaken waarvoor maximaal twaalf maanden gevangenisstraf kan worden geëist. Het gaat hier meestal om situaties waar de gemiddelde Nederlander zomaar in terecht kan komen.

door Lisette Broess-Croonen

De verdachte die deze dag in de rechtbank zit, komt voor twee verschillende zaken. De eerste zaak betreft mishandeling van een ambtenaar en vernieling en de tweede zaak gaat over mishandeling van zijn partner.

In coronatijd was het politiebureau dicht. Toch wilde de verdachte naar binnen. Hij liep mee met iemand anders die wel naar binnen mocht en wilde vervolgens niet meer weg. Hij reageerde heftig en geëmotioneerd en duwde daarbij met kracht een spatscherm om dat op de hand van de beambte terechtkwam. Ook voor de politierechter komen de emoties weer boven. “Ik wilde een einde aan mijn leven maken. Mijn ouders wilden me niet helpen en vertelden die dag dat ze me niet meer wilden zien. Ik zag geen andere oplossing, het was wanhoop. Ik had het niet moeten doen.”

De vermeende mishandeling van zijn vriendin speelde zich een klein jaar later af. Volgens de aangifte van het slachtoffer had de verdachte haar tijdens een ruzie meerdere keren bij de keel gegrepen. Dat verhaal klopt volgens de verdachte echter niet. “We hadden een conflict dat begon met een woordenwisseling, maar uiteindelijk zat ze bovenop mij en sloeg me. Toen heb ik haar bij haar keel weggeduwd. Later vertelde mijn vriendin dat de aangifte inderdaad niet klopte. Dat ze uit boosheid dingen heeft gezegd die ze niet meende. We zijn ook nog steeds samen.”

Volgens de advocaat van de man zijn de aangifte en de verklaring van de vriendin zo verschillend, dat hij de zaak graag een andere keer verder wil behandelen, dan met een getuigenis van de vriendin. “De betrouwbaarheid van de verklaring die het slachtoffer toen bij de politie heeft afgelegd, is hierbij van belang. Was het wel mishandeling of betrof het zelfverdediging?

De officier van justitie vindt dat dit verzoek eerder gedaan had kunnen worden. “We hebben de verklaring van de vriendin ook niet echt nodig. Omdat de relatie nog in stand is, houden we rekening met de strafmaat. We willen hem niet aan de hoogste boom knopen, maar de verdachte heeft bekend haar bij de keel te hebben gegrepen.”

De rechter gaat echter in op het verzoek van de advocaat. De zaak wordt tot een nader te bepalen datum uitgesteld. De volgende keer zal ook de vriendin moeten komen om te getuigen in deze zaak.