'Sluit niet uit dat het toch nog ons probleem wordt'

CUIJK | Onderwijswethouder Maarten Jilisen (VVD) kan niet uitsluiten dat Vereniging Ons Middelaar Onderwijs (OMO) in de toekomst een beroep doet op Cuijks gemeenschapsgeld om het Merletcollege rendabel te kunnen houden. "Maar de financiële risico's liggen op dit moment nog bij OMO", zei Jilisen dinsdagavond tijdens de commissievergadering, waarin de gewijzigde doordecentralisatieovereenkomst voor het Merletcollege aan bod kwam.

Op herhaaldelijk aandringen van D66 om 'de kou uit te lucht te krijgen', stelde Jilisen dat de gemeente Cuijk 'niet met een zak geld klaarstaat'. De wethouder citeerde uit een e-mail van Merletcollege-rector Paul Metzemaekers: "Ook bij een leerlingenaantal onder de duizend is de nieuwbouw duurzaam exploitabel. Tekorten zijn altijd voor rekening van de school."
Jilisen kon echter geen garanties afgeven. "Want ik sluit niet uit dat het in de toekomst toch nodig is", erkende hij. "Als het leerlingenaantal nog verder blijft zakken, dan kan OMO (op basis van de gewijzigde doordecentralisatieovereenkomst) uiteindelijk zeggen: het probleem is financieel toch voor de gemeente Cuijk."

'Financieel lijkt uit de kast'
Even daarvoor had D66-commissielid Karel Janssen nog benadrukt dat er geen Cuijks gemeenschapsgeld gebruikt mag worden. "Alle lasten dienen voor rekening te komen van OMO en niet van de gemeente!" Een harde toezegging werd dus niet afgegeven, maar de beantwoording van Jilisen lijkt voor de sociaal-liberalen vooralsnog toch afdoende. Tonnie Geboers (Algemeen Belang Cuijk) benadrukte 'de discussie over de locatiekeuze niet opnieuw te willen voeren'. De VVD hield zich volledig afzijdig.
PLC, CDA, PvdA en SP kraakten daarentegen enkele harde noten tijdens de commissievergadering. Anton Visscher van de SP noemde de grens van duizend leerlingen zelfs 'een financieel lijk uit de kast'. De vraag is of de vier partijen genoegen nemen met de beantwoording van Jilisen of dat zij bij de raadsvergadering van 21 maart alsnog gaan verzoeken om die garanties in te laten bouwen.
Bovendien kon Jilisen tijdens de commissievergadering niet duidelijk maken of de (te hoge) kapitaallasten voor de nieuwbouw van de school rechtstreeks verbonden zijn met de ondergrens van het aantal leerlingen.