Vijverwijk wordt ‘klimaatrobuust’, straten worden ondergronds én bovengronds opnieuw ingericht
Algemeen 2.458 keer gelezenVEGHEL | De gemeente start in september in de Vijverwijk in Veghel en de Zeeheldenbuurt in Schijndel met een traject om deze wijken beter bestand te maken tegen perioden van extreme neerslag of langdurige droogte. De straten worden ondergronds én bovengronds opnieuw ingericht. “Op deze manier worden de wijken klimaatrobuust; de leefomgeving wordt geschikter gemaakt om de gevolgen van het veranderende klimaat op te vangen”, aldus de gemeente. Vergelijkbare trajecten werden eerder al gestart voor de wijken Kienehoef en Sint-Oedenrode Zuid, Hoevenbraak in Schijndel en Erp-Oost.
Met de afkoppeling van hemelwaterafvoer van de riolering wordt de riolering minder belast wat ook overlast in woningen voorkomt. Het schone hemelwater wordt apart afgevoerd en op speciale plekken in het gebied vastgehouden. De werkzaamheden worden gecombineerd met groot onderhoud aan de riolering en herinrichting van de openbare ruimte. Een regenwatercoach begeleidt bewoners bij het afkoppelen van hun hemelwaterafvoer op eigen terrein.
De gemeente hervat: “Omdat de straten in deze wijken één voor één helemaal open gaan is het een uitgelezen kans om opnieuw na te denken over de inrichting van de straat. Sommige dingen liggen vast, maar heel veel kan door de samenwerkende bewoners worden ingevuld. Elke bewoner kan meedoen en het is de bedoeling dat bewoners er samen op straat- en buurtniveau uitkomen. De periode tot mei 2023 wordt benut om tot een definitief ontwerp te komen. In de tweede helft van 2023 is de start van de uitvoering gepland. Bewoners van de betreffende straten in beide wijken zijn inmiddels geïnformeerd. Binnenkort valt een uitnodiging voor de startbijeenkomst medio september 2022 op de mat.”
Wethouder Jan van Burgsteden heeft veel vertrouwen in het ontwerpproces waarin bewoners een grote rol spelen: “We zien dat bewoners de kans grijpen om met elkaar een plan te maken voor de nieuwe inrichting van hun straat; en dat ze de ruimte die er is voor diversiteit en eigenheid volop benutten.”
