Volle bak bij traditionele carnavalsmis
Carnaval 2.768 keer gelezenVEGHEL | Een goedgevulde Lambertuskerk was vanochtend het decor voor de traditionele carnavalsmis. Hoewel het inmiddels een jarenlange traditie is, blijft het iedere keer weer bijzonder bankjes bezet door kleurrijke en vrolijke bezoekers te zien.
De mobieltjes graag op stil, zo verzocht pastoor Smulders voorafgaande aan de speciale carnavalsmis. 'Maar ze mogen niet uit!', zo drukte hij de toehoorders op het hart. Even later werd duidelijk waarom toen Monique, de vrouw van Prins Jess d'n Urste, de bezoekers in een duistere kerk verzocht het schermpje van hun mobiel aan te zetten zodat er een zee van licht zou ontstaan. 'Net een grote zon, waaraan iedereen zich voedt'.
De rest van de mis werd, gewoon met de lichten weer aan, weer een mix van vrolijke preken, muziek, zang en dans. Hierbij werd regelmatig de metafoor gemaakt met het beroep van de prins, dakdekker. Pastoor Smulders trapte af door te stellen dat 'dakdekker een mooi beroep is, maar een dak is niet mee te nemen tijdens de optocht, dan kun je beter met mij bidden'.
In zijn prinsenpreek legde ook Prins Jess zelf de link met zijn vak. 'Een dak boven je hoofd, waardoor je je thuis voelt, is zo belangrijk. Ik ben 25 jaar geleden verhuisd van Eindhoven naar Veghel. Ik voelde me hier meteen thuis", zo sprak de prins. De organiserende carnavalsvereniging kreeg enkele pluimen toegekend. "Ik maak nu van dichtbij mee wat een mooie club het is. Samen zorgen ze ervoor dat alles klopt."
Hallelujah
Uiteraard was er ook muziek, Sandy Rombout zong, begeleid door het groot orkest van harmonie Frisselstein, onder meer Het dorp van Wim Sonneveld en met Nuwan Heerkens de traditional Hallelujah. De dansmariekes zetten hun beste beentje weer voor en het massaal meegezongen Ik heb un plekske was zoals gewoonlijk weer de uitsmijter. Na het slotwoord - in plat Brabants - van pastoor Smulders, verlieten Prins Jees en zijn gevolg de kerk om een 'goeie bodem' te gaan leggen tijdens de brunch in Keizersdrôme.
Foto's Ad van de Graaf
