"Robots zullen ingezet gaan worden in de zorg"

UDEN | Het magazine Bedrijvig Uden bestaat honderd jaar. In de jubileumeditie die in oktober verscheen blikken vertegenwoordigers van verschillende sectoren vooruit. Deze week kijkt Carolien Jordens van BrabantZorg naar de toekomst. 

Carolien, je werkt al ruim achttien jaar in de zorg. Wat zijn de grootste veranderingen?
"De grootste verandering is denk ik dat er nu veel meer gekeken wordt naar de wensen van de cliënten en zijn of haar sociale netwerk; persoonsgerichte zorg. Het netwerk van een cliënt is ook een veel belangrijkere rol gaan spelen. Vroeger ging het voornamelijk om zorg en ziekte en nu draait het om wonen en welzijn. Er wordt gekeken naar wat iemand nog wél kan in plaats van wat iemand niet meer kan. Daarnaast blijven mensen steeds langer thuis wonen en is het daarom steeds belangrijker dat mensen zelfstandig blijven. Vroeger werden dingen al snel uit handen genomen, nu wordt zelfstandigheid gemotiveerd. Er worden hulpmiddelen ingezet die kunnen helpen bij de zelfstandigheid."

Hoe zie jij de toekomst van de zorg voor je?
"Zorgtechniek krijgt denk ik een hele belangrijke rol. Ik ben er van overtuigd dat robots ingezet gaan worden in de zorg. Sterker nog, dat gebeurt al! Er zijn al tal van digitale hulpmiddelen die kunnen helpen bij het langer zelfstandig blijven. Denk aan een digitaal deurslot waarmee een cliënt voor de thuiszorg de deur op afstand kan openen. Of een beeldmonitor waarmee mensen contact kunnen hebben met artsen, verpleging of hun familie. Er bestaat ook al een pratende bloempot die mensen herinnert aan bepaalde zaken; medicijninname bijvoorbeeld."

Gaan robots het dan helemaal overnemen van het zorgpersoneel?
"Nee dat niet. Persoonlijke zorg door professionals blijft altijd nodig. Digitale hulpmiddelen zijn heel goed in te zetten op het moment dat een cliënt cognitieve problemen heeft en af en toe een geheugensteuntje nodig heeft. Voor mensen die zware zorg nodig hebben, blijft personeel nodig. Verder is het denk ik wel belangrijk om in te zetten op de bestrijding van eenzaamheid. Motiveer mensen om erop uit te gaan en laat ze als ze nog fit zijn al kennismaken met de mogelijkheden van een zorgorganisatie. Zo kunnen mensen van buitenaf altijd een hapje mee-eten in Sint Jan of deelnemen aan bepaalde activiteiten. De participatiesamenleving, dat betekent hulp vanuit het sociale netwerk rondom een cliënt, wordt steeds belangrijker. Als mensen zelf de regie nemen én het netwerk draagt een steentje bij, dan hoeft iemand niet eenzaam te zijn. "

Dat klinkt allemaal heel positief, maar er klinken ook andere geluiden; over hoge werkdruk bijvoorbeeld. Hoe zie je dat?
"De werkdruk in de zorg wordt vaak als hoog ervaren, dat is gewoon zo. Dat betekent voor de professionals dat zij creatief moeten zijn en samen moeten werken: met elkaar,de familie, de cliënt én het sociale netwerk van de cliënt. Er zullen altijd piekmomenten zijn, zoals 's morgens en 's avonds. Dat is aanpoten. Ik denk dat het heel belangrijk is dat de professionals ook goed voor zichzelf zorgen. Dat ze plezier in hun werk houden. Daarin moet een organisatie ook motiveren en ondersteunen. Zelf vind ik het een groot voordeel dat ik zelf praktijkervaring heb. Ik probeer altijd betrokken te blijven bij de cliënten, de professionals en de vrijwilligers."

Ben je het eens of oneens met de stelling 'vroeger was alles beter'?
"Haha nee, ik denk dat veel ontwikkelingen in de zorg bijdragen aan de kwaliteit van leven. Het gaat erom dat mensen een fijne dag kunnen hebben, genieten van de kleine dingen. Het is een goede zaak dat ziektes steeds minder centraal komen staan, maar juist de vraag wat een cliënt nog wel kan. Positieve gezondheid noemen wij dat. Ook al is je leven soms moeilijk en wat rafelig, als je jezelf weet aan te passen en veerkracht hebt, kun je er altijd nog wat moois uithalen! Als je zo oud kan worden, is dat toch fantastisch?"

Dit artikel is verschenen in Bedrijvig Uden.