Afbeelding

Van de Champagne naar de Chablis

Opmerkelijk 89 keer gelezen
Was Carla van de Weijer, de pelgrim uit Sint Anthonis die sinds begin maart onderweg is naar Santiago de Compostela, twee weken geleden in de streek van de Champagne, afgelopen week stapte ze naar het wijngebied van de al even bekende Chablis. En ondertussen overnachtte ze in een klooster en bij broeders, waar een dienst werd opgedragen voor Carla’s overleden moeder. “Ik merk aan alles dat ik langzaam een echte pelgrim begin te worden”, zegt Carla in haar ‘weekrapport’.

“Vrijdagavond 12 april arriveerde ik bij de abdij van Reclus in Talus St. Prix. Je kunt daar overnachten in cellen waar vroeger monniken verbleven. Het was een omweg van wel 3 km maar ik had het er graag voor over. Want mijn mening is dat als je het pelgrimspad wilt lopen en beleven, dat dit soort ervaringen erbij horen.

Ik kwam bij een heel groot klooster, onder in een dal. In eerste instantie leek het verlaten. Ik zag alleen een hond die er luidruchtig de wacht hield. Misschien was het wel omdat ik aan de vroege kant was. Het wachten duurde eigenlijk niet lang, want daar kwam een jongeman aan die me door het gebouw leidde naar de slaapvertrekken.

Ik had verwacht dat dit sobere eenvoudige hokjes zouden zijn, maar niets van dit alles. Het was een luxe kamer met een keuken en een douche voor mezelf. Omdat in het hele gebouw leeg leek, heb ik voor de zekerheid toch maar alle deuren even geopend. Nee, buiten mij was er echt niemand!
Toch heb ik die nacht prima geslapen. Het was een nacht waarin het oorverdovend stil was. En absolute stilte is best een aparte gewaarwording.

[image=242772]

De volgende dag ben ik weer op pad gegaan. De bossen waar ik doorheen trok, waren zeer nat en modderig. Ik raakte zelfs even de weg kwijt. Maar gelukkig vond ik de route snel weer terug. Hoewel het zonnetje er deze dag steeds meer door kwam, bleef het koud door de harde wind. Het nodigt niet uit om te pauzeren, wat ik dan ook niet deed.

De natuur blijft steeds verrassen. Zo liep bijna tegen twee herten aan. Ik draaide een bocht om en de herten ook: en dan kijk je ze recht in de ogen! Toen ik Sézanne naderde zocht ik eigenlijk naar een winkel om proviand in te slaan. Eigenlijk wilde ik daar niet extra voor de stad inlopen. Dat deed ik ook niet, want ik liep door naar Vindey, waar ik zou overnachten. Gelukkig heeft mijn gastheer mij deze avond wel meegenomen naar een grote supermarkt in Sézanne, zodat in de supermarkt mijn eten voor de volgende dag kon kopen.

Vanuit Vindey kwam ik in een prachtig glooiend graslandschap terecht. Deze dag heb heel lang langs een oude spoorlijn gelopen. Het groene gebied kan ik misschien wel het best omschrijven als een ‘Teletubbie landschap’. Met gras in golven, en dat is erg mooi. Zeker omdat het deze dag prachtig warm was en de wind zich rustig hield. In mijn beleving was het een echte lentedag die zelfs zomers aanvoelde.

[image=242770]

Af en toe zie je van die hele grote graansilo’s. Ze doemen in de verte op en ze domineren de omgeving. Bij Auglure stond er ook zo een. Kort daarna bereikte ik het kanaal de Haute Seine. De Camino, de route van de pelgrims, volgt dit kanaal over een afstand van 44 km om uit te komen in Troyes. Je loopt hier als het ware tussen de Haute Seine en de echte Seine, de bekende rivier die via Parijs naar zee stroomt.

[image=242774]

Halverwege het kanaal de Haute Seine heb ik overnacht in Méry sur Seine, bij de broeders Marianisten. Het avondeten en ontbijt de volgende ochtend heb ik samen met hen genoten. Voor het ontbijt was er een dienst en dat werd voor mij een emotionele aangelegenheid. Want er werd speciaal gebeden voor mijn pas overleden moeder en mij. Als ik er nu aan terugdenk, was het een erg fijne en goede ontmoeting met deze broeders.

[image=242771]

In Troyes heb ik een rustdag genomen, ook al omdat ik intussen een blaar op mijn hak had en dat daardoor de kilometers flink gingen tellen. In dit stadje heb ik verschillende nieuwe maar ook bekende pelgrims ontmoet. Troyes heeft een heel mooi oud centrum met een kathedraal. Veel pelgrims nemen de tijd om deze kathedraal te bezoeken.

[image=242773]

Wat leuk is aan de pelgrimstocht, zijn de ontmoetingen met mede-pelgrims en het uitwisselen van ervaringen. Ik heb in Troyes wel acht pelgrims ontmoet van verschillende leeftijden. Bijna allemaal mannen; een vrouw alleen heb ik nog niet gezien!! Iedereen die ik ontmoet en spreek is verbaasd dat ik alleen loop. Meestal hebben ze er respect voor. Zelf vind ik dat het niets uitmaakt. Iedereen moet zijn eigen weg zoeken en zijn eigen rugzak dragen.

Vanaf Troyes was de route zuidwaarts niet of nauwelijks aangegeven en betekende het nodige zoekwerk. In deze fase heb ik de voor de tweede keer een nacht in mijn tent doorgebracht. Gelukkig was het nu niet koud. De eerste dag na Troyes heb ik 32 km gelopen, waarvan het grootste gedeelte van de dag samen met een vader en zoon uit Genk (België). Het maakt de afstand veel lichter.

Het grootste probleem is en blijft de voorziening van proviand. In veel kleine gehuchtjes is er niets. Dan moet je wel doorlopen tot bij een camping of iets anders. De tweede dag na Troyes heb ik het zwaar gehad. Ik liep die dag eigenlijk maar 24 kilometer. De beide Belgische heren heb ik laten lopen omdat zij grotere afstanden per dag afleggen. Hoewel het een omweggetje was van 2 km, ben ik doorgelopen naar Flogny la Chapel. Maar het loonde de moeite want ik heb daar een heerlijke overnachting in een Bed & Breakfast gehad. Daags erna ging ik op pad naar Chablis, een streek met veel wijngaarden. Hoe kan het anders, Chablis is natuurlijk ook een bekende wijnsoort.”

Afgelegde afstand t/m vrijdag 19 april: 630 km
Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant