Afbeelding

‘Ginne skrik’ in bouwkraan boven Markant

Opmerkelijk 163 keer gelezen
UDEN - “Niet verschieten!”, roept Vincent van Gogh, want de kraan begint te bewegen. “Even een steiger aan de andere kant van de wand zetten”. Vincent tuurt geconcentreerd in de diepte terwijl hij met een joystick de haak naar beneden stuurt. “Ginne schrik, André?”, vraagt Vincent als het klusje geklaard is.

[image=226965]

Ik schud stoer mijn hoofd, al had ik het even daarvoor niet echt breed om helemaal omhoog te klimmen in de kraan bij Markant.
“Maarten Prinssen wou gisteren ook naar boven komen, maar toen hij halverwege was, ging hij weer naar beneden.”
Pff, watje, wat is nou 40 meter.
“Het hoogste was voor mijn 107 meter, de JuBi, bij het centraal station in Den Haag. Maar ik zit liever op de veertig. Is wat veiliger en meer overzicht.”
Hij wijst op een schermpje: “Sinds twee weken is er een camera op de giek ingebouwd. Ik heb hier een voetpedaal en kan daarmee inzoomen. Dat is zo duidelijk! Achter die wand komt dalijk de betonvrachtwagen en daar zou ik anders niet zien waar ik moet zijn.”

[image=226963]

Zijn stoel is relaxt, maar is zijn werk zeker niet. Tonnen aan beton of ijzerwerk laat Vincent door de lucht zweven, maar beneden zie je ook de mannen met gekleurde helmen lopen. Een hele verantwoording!
Vincent knikt: “Je moet ook altijd rustig aan doen. De werkdruk mag mijn tempo niet bepalen en de jongens beneden moeten goede aanwijzigingen geven. Als de communicatie niet goed is, doe ik niks.”
Vincent klimt ‘s morgens om zeven uur naar zijn cabine. Een klein radiootje, de portofoon, enkele schermpjes, een shagbuil en een werphengel om een kopje koffie naar boven te takelen, Vincent komt er de dag mee door.
“En als de kinderen tussen de middag uit school komen, ga ik thuis even eten.” Hij lacht en wijst omlaag. “Daar woon ik. Ik ken de mensen die het betonwerk hier hadden aangenomen: ‘regel maar eens dat ik ook hier kom’.”
Hij wijst naar de Botermarkt. “Dat zinken dak, dat was al een thuiswedstrijd. Daar kon ik ook lopens naar toe, maar toen viet ik de fiets.”
Nu is het alleen de Kastanjeweg oversteken. “Kijk, daar komt mijn dochter aan.” Vincent toetert en zijn dochter zwaait omhoog. “De oudste heb ik al een keer gevraagd: ‘kom nou mee in de kraan’, maar nee, hij durft niet. Hij heeft geen tijd, zegt ie.”
Nee, voor Vincent duurt de tijd niet te lang. “De timmermannen, de vlechters, ze zitten altijd te vechten: wie mag de kraan? Zonder kraan kunnen ze bijna niks. Die netten wegen honderd kilo per stuk, daar ga je niet mee lopen.”
De kraan is dus onmisbaar. “Dat is ook een beetje een nadeel. Je bent eigenlijk de eerste op de bouw en de laatste die weg is.”
Vincent lacht: “Maar ik hoef geen uur te rijden.”

[image=226968]

Zijn naam kreeg hij natuurlijk van zijn ouders. “Er moest er eentje zo heten bij ons in de familie.” Lastig? “Het is ook positief: ze vergeten je niet in de machinistenwereld van Nederland.” Want Vincent is eigen baas en moet ook zelf voor zijn werk zorgen. “Het liefst een lage kraan en een beetje in de buurt. Ik ben al druk aan het bellen voor de Bitswijkschool. Daar heb ik zelf op school gezeten.”
Hij kan natuurlijk altijd nog gaan schilderen!
“Ja, dat doe ik ook! Nog niet zo lang hoor, maar ik dacht: dat moet dan ook maar gebeuren.”
En? Talent?
“Het valt tegen. Ik dacht dat is makkelijk.”
Maar met zo’n handtekening er onder ....
Vincent lacht: “Ik vond het jammer dat ze laatst geen Van Gogh hebben weggehaald! Dan had ik mijn schilderijen op internet gezet.”

[image=226964]

[image=226963]

[image=226967]

[image=226966]

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant