Afbeelding

‘Vergaat de wereld of is het oorlog?’

Opmerkelijk 72 keer gelezen
VOLKEL - “Het komt allemaal weer goed, het heeft alleen zijn tijd nodig”, vertellen de positief ingestelde Tom en Jolanda Schonenberg. Ze kunnen ook nog steeds met het hele gezin op de foto, maar wat ging het tekeer op hun erf aan de Haverkampstraat in Volkel!

[image=161624]

Jolanda: “Woensdag 14 juli 2010 om half zes begint het verhaal. Ik had mijn eten klaar en ging naar buiten om iedereen te roepen. Aron stond bij de kippenren met zijn telefoon: ‘ik ben die wolk aan het filmen’. Marvin kwam ook en zag die rare wolk: dan kwam er een tuutje aan, dan een rode streep, het was allemaal aan het bewegen.”
Tom: “Ik zag dat het flink begon te krullen. Als de bliksem naar binnen jullie!”
Jolanda: “‘Tom gij ok’, want hij moet altijd dan iets doen, opruimen, wegzetten, … ”
Tom: “Dichtzetten.”
Jolanda: “In de berging, ieder een raampje, stonden we te kijken. De takken van de wilgen braken, toen waaide er een kalver-iglootje langs de loods en we zagen het kuuske voor ons door komen met de pootjes gestrekt van de grond.”
Tom: “Toen ze naar binnen gingen, ging ik achter bij de koeienstal de grote deuren dichtmaken. De wind schoot over de stal en dan krijg je een zuigkracht. De deuren werden open gezogen en ik ging met mijn voeten van de grond. Ik had het even niet zo breed en dacht. ‘Ik kan hier verongelukken of de stal kapot laten waaien’. De deuren gingen op en neer en toen ze open stonden ben ik er tussenuit gepiept.”
Jolanda: “Op een gegeven moment was het pikzwart. Onder de raampjes kwam stof naar binnen en we konden elkaar niet meer zien. Op dat moment was het paniek. Stress kent iedereen, maar wij weten nu wat paniek is en dan ga je aan het rennen. Je loopt tegen elkaar aan, je loopt elkaar om, je loopt de fietsen om, je weet niet wat er gebeurt. We wisten niet dat het aan het instorten was. Achteraf was dat het moment dat die muur ingevallen is. De wind is in de boerderij geslagen en heeft aan weerskanten alle pannen in één keer eraf gegooid. Het stof is van de pannen geweest, want er lag een wal van pannen. Dat was ook het zwarte ...”
Tom: “…. hooi en stro, er lag van alles op, zoveel dat je een soort verduistering krijgt, zo intensief stof!”
Jolanda: “Het ging zo hard, de wind, we hadden niets gehoord van de instorting op zich. Het stof ging door de gang de keuken in en ook wij kwamen daar terecht. Onze Aron zei: ‘mama, wat gebeurt er? Vergaat de wereld of is het oorlog?’ We wisten gewoon echt niet wat er aan de hand was? Ik dacht oorlog? Bunker! Ik zeg: ‘kom de kelder in!’”
Tom: “Ik kwam op de hoek van de koeienstal en ik zag dat alles ingestort was. Wat krijgen we nou?! Ik stond genageld aan de grond. Dat had ik toch moeten horen? Ik wilde zo snel mogelijk naar binnen.”
Jolanda: “In de kelder zat ik er het meest mee dat Tom niet binnen was gekomen. Ik heb de jongens een klein beetje voorbereid op het ergste. Waar zullen we Tom straks vinden? Is hij ergens tussen of onder gekomen? Ik had er geen goed gevoel bij. Ik had zo duidelijk gezegd: ‘gij ook mee naar binnen!’”
Tom: “’Waar zitten jullie’, heb ik geroepen.”
Jolanda: “Hier, in de kelder!”
Tom: “Ik zeg: er uit en naar de buurman. Het achterhuis is ingestort en het kan zomaar zijn dat het voorhuis ook instort.”
Jolanda: “Wij, op onze slippertjes door die takkenbos naar de buren. We waren zeiknat. De buurman stond klaar met handdoeken, maar hij had ze nog niet uitgevouwen, of mijn telefoon ging: ‘Allemaal terugkomen’, zei Tom. ‘Mijn kuussen liggen onder het puin’.”
Tom: “Er lagen stukken puin van een meter bovenop mijn kalfjes. Ik ben als een gek aan het graven gegaan, want de kalfjes hoorde je gewoon wegkwijnen door het gewicht. Levensgevaarlijk, want veel pannen lagen nog ‘op half elf’.”
Jolanda: “Zijn gezin komt eerst, maar het vee komt bij Tom op een hele mooie tweede plaats.”
Tom: “Mijn buurman zei, moet je dat wel doen, want ‘ping’ daar kwam er weer eentje en als er zo’n dakpan op je kop valt, ga je eraan, maar daar sta je dan niet bij stil.”
Jolanda: “Die buurman zag alleen die pannen vallen. En tóch bleef hij mee graven!”
Tom: “Twee van de vier kalfjes hebben we levend er onderuit gekregen."

[image=161623]

Jolanda: “Daags naderhand stond ik om half zeven op. Het is niet waar. Natuurlijk is het niet waar, dat heb ik gedroomd en je loopt naar buiten en ziet dat het wel waar is.”
Tom: “Het had meer impact dan dat je er erg in had.”
Jolanda: “Ik ben zes dagen niet van het erf af geweest. Mijn lijstje met boodschappen, ik kreeg het niet gemaakt. Ik kreeg niets op papier. Ik stond echt niet met twee benen op de grond. Maar dat je er allemaal nog bent, dat zijn handvaten waar je je aan vast kunt houden.”
Tom: “Ergens hebben we ook geluk gehad, want we hebben hier aan de zijkant een grote schuifdeur. Als het lelijk weer is, ga ik daar staan om één en ander in de gaten te houden. Nu was ik aan het worstelen met de deur van die koeienstal en dat is maar goed ook. Als ik dat niet gedaan had, had ik in die deur gestaan en de achtergevel op mijn dak gekregen. Wat dat betreft, heb ik wel een engeltje op m’n schouder gehad!"
Jolanda: “Het komt straks weer allemaal goed. Het heeft even tijd nodig.”
Tom: “ De koeienstal heeft niets geleden en we zijn voornemens weer terug te bouwen wat er stond.”
Jolanda: “Achter heeft het niks geleden, voor gaat het allemaal door en het middenstuk dat komt wel weer.”

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant