‘’t Oventje mag gezien worden’
Kunst en cultuur 184 keer gelezen ’t OVENTJE – “Wat is dat toch met ’t Oventje?,”vroeg Ad Daverveld, voorzitter van de Projectgroep Poëzieroute Oventje zich zondagochtend af. “Het zijn niet de huizen en niet het landschap, maar de mensen die er wonen die het bijzonder maken. We hebben het graag rustig hier, behalve vandaag.”[image=148091]
Rustig was het ook niet bepaald op het terrein van voetbalvereniging VCO. De onthulling van zeven panelen met gedichten door ’t Oventje trok veel belangstellenden. “Met 500 zielen zijn we in ’t Oventje redelijk zelfvoorzienend”, vervolgde Daverveld. “’t Oventje ligt net ver genoeg van Zeeland om een gevoel van eigenheid te hebben. De kleinheid is de kern van onze kracht.” Het boekje dat de zeven gedichten van de route en aanvullende informatie bevat heeft als titel ‘Wie hier vertrok kwam er zelden vandaan’ en is toepasselijk voor ’t Oventje. Gerrit Willems, voorzitter van buurtvereniging ’t Oventje, is trots op de teamprestatie die tot de poëzieroute heeft geleid. “We hebben nu iets wat Zeeland, Schaijk en Reek niet hebben. De gedichten van dichter Eddie Besselsen, die hier in ’t Oventje zijn inspiratie vond, vormen de basis van de route, een idee van Stadsdichter Maarten van den Elzen.”
[image=148086][image=148087]
Het eerste exemplaar werd overhandigd aan de Udense wethouder Miriam van den Brand. “Ik ben geraakt om te zien hoe super groot een kleine gemeenschap kan zijn”, aldus de wethouder. “’t Oventje mag gezien worden!” Daarna startte de wandeling door ’t Oventje langs alle zeven gedichten. Deze werden door verschillende personen voorgedragen. Zo las onderwijzer Jos van Lith het gedicht over volwassen worden voor, dat een plekje kreeg bij de basisschool. Deze school uit 1827 is een van de oudste scholen in Brabant.
[image=148088][image=148089][image=148090]
