Kersverse Prins Porcellus LI aan de tand gevoeld

UDEN | Het is het grootste geheim van de Knoerissen, de nieuwe prins Porcellus. Al weken voor de bekendmaking circuleren er allerlei namen van mogelijke kandidaten, maar de bekendmaking is toch telkens weer een verrassing. Zo ook vorige week vrijdag op de eerste zittingsavond, toen de nieuwe prins gewoon tussen het publiek bleek te zitten. Bijzondere bijkomstigheid was, dat zoon Nils als bekkenist in de Hofkapel zat en dochter Britt bij de dansgarde. Zij konden het even niet geloven, dat hun stiefvader de nieuwe prins was. Het Udens Weekblad in gesprek met Porcellus LI, Walco van de Ven.

Heb je er wel eens van gedroomd om prins te worden?
"Niet van gedroomd, maar ik heb altijd wel stiekem de wens gehad om daarvoor gevraagd te worden. Ik heb het er weleens met mijn vrouw over gehad en samen waren we het er allang over eens. Als ik gevraagd word als prins dan hoef ik daar niet over na te denken, dan is het antwoord meteen 'ja'. Ik vind het een hele eer om te doen."

Waarom hebben de Knoerissen jou gevraagd?
"Geen idee. Maar nu weet ik, dat ik al langer op hun kandidatenlijstje stond. Thuis heb ik het natuurlijk meteen aan Manon verteld, die erg opgetogen reageerde. Tegen de kinderen, allebei actief bij de Knoerissen, mochten wij niets zeggen. Dat viel niet mee, maar dat is ons goed gelukt. Ook voor de buitenwereld hebben wij het goed kunnen verzwijgen."

Als prins speel je een rol. Hoe serieus is die rol?
"Aan de ene kant heel serieus, want je bent de ambassadeur van het Udense carnaval. Aan de andere kant is carnaval het feest van de zotten en de grootste zot maken ze prins, zoals een prins uit Veghel ooit zei. En daar moet ik wel om lachen, want zo is het ook. Het prins zijn is ook aan een streng protocol gebonden. Zo mag je de scepter nooit uit handen geven, alleen aan de adjudant. De snuit van het varken op de scepter moet altijd naar voren wijzen om maar iets te noemen. En zolang je in functie bent, moet je het alcoholgebruik beperken. Als prins ben je de gast van de carnavalsstichting, dus hou je je ook aan hun regels."

Wat is je ervaring van je eerste zittingsweekend?
"Ik heb het ervaren als zeer prettig. Als ik eraan terugdenk, schiet ik elke weer in de lach. Ik had er wel een bepaalde voorstelling van, maar de werkelijkheid overtreft alles. Je ziet ook, hoe breed carnaval gedragen wordt en je leeft in een roes."

Waar kijk je in de komende periode speciaal naar uit?
"Eigenlijk kijk ik uit naar alle festiviteiten. Toch lijkt mij de optocht heel speciaal. Ik zal zeker de raad van de eerste prins, Math Peters, opvolgen. Geniet ervan, want dit maak je maar een keer in je leven mee."

Lees het hele interview woensdag in het Udens Weekblad.