Cor Goorts. (foto: Wilma van de Laar)
Cor Goorts. (foto: Wilma van de Laar)

Waarom priester en kunstenaar Cor Goorts honderd jaar mocht worden

Algemeen 1.610 keer gelezen

UDEN | Cor Goorts had het al met Onze Lieve Heer geregeld toen hij aan zijn priesterstudie begon. Die duurde bij de Congregatie van de Salesianen vijf jaar extra. Hij bad tot God: 'Plak die jaren er dan maar achteraan.' En dat heeft hij ruimschoots gedaan, vindt de honderdjarige priester en kunstenaar. Cor Goorts is geboren en opgegroeid op Duifhuis. Op Knipperdul staat al bijna zeventig jaar zijn kapelletje.

Wanneer wist u dat u priester wilde worden?
"Als jongen van tien had ik me dat al voorgenomen en met de pastoor besprak ik dat ook al in de biechtstoel. Maar na de lagere school moest ik thuis op de boerderij komen werken. Maar ik dacht altijd: als God wil dat ik priester word, dan komt het wel goed. "Pas toen ik zestien jaar was ging ik naar de Kruisheren. In die tijd hoorde ik over Don Bosco, die halverwege de negentiende eeuw in Turijn de congregatie van de Salesianen had gesticht en in 1934 heilig werd verklaard. Ik wilde graag missionaris worden en ging op de fiets naar Leusden om bij de Salesianen aldaar een kijkje te nemen. Ik besloot me bij hen aan te sluiten, maar bad onderweg naar huis steeds dat mijn ouders me de kans zouden geven voor zo'n lange studie. Ik vroeg aan Onze Lieve Heer om die verloren jaren er dan maar achteraan te plakken. En mijn gebeden zijn verhoord."

Waar bent u gaan werken na uw studie?
"Ik begon in een jeugdcentrum in Den Haag, werd overgeplaatst naar Limburg en nog weer later naar Apeldoorn. Maar naast het priesterschap ging het kunstenaarschap een steeds grotere rol spelen. Dat begon met het vervaardigen van een altaar voor een kapel in Rijswijk. Mijn overste van destijds vond dat ik mijn talent verder moest ontwikkelen en ik ging naar de kunstacademie."

Aan iedereen die honderd wordt, vraagt men wat het geheim is om gezond oud te worden. Wat is uw geheim?
"Een regelmatig leven. Ik heb heel veel gefietst, de laatste jaren op een hometrainer, soms wel twee uur per dag. En ik kan wel zeggen dat ik nog nooit dronken ben geworden. "En om op God terug te komen: Ik dacht als kind al dat hij een goede vader was. Hij zou mijn fouten nooit met inkt opschrijven, maar slechts met een potlood. Zodat hij ze uit kon gummen als ik berouw toonde."

Lees het hele interview in het Udens Weekblad van woensdag 22 maart. 

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant