‘Uitgaan van de mogelijkheden, niet van de onmogelijkheden’

ODILIAPEEL | Adri van der Loop nam eind vorig jaar na 15 jaar afscheid als directeur van IKC Den Dijk in Odiliapeel. We blikken met hem terug op zijn carrière.

door Henk Lunenburg

Had je een fijne jeugd?
“Ik heb een onbezorgde jeugd gehad. We woonden aan de rand van de stad, vlakbij de polder en het voetbalveld. Alle ingrediënten waren aanwezig om een leuke tijd te beleven. Van huis uit waren er geen strenge regels. Ik knutselde graag aan fietsen en brommers, om ze daarna weer te testen op een crossveldje. Het liefst was ik samen met vrienden, maar bij een sportvereniging ben ik nooit geweest.”

Welke scholen en opleidingen heb je gevolgd?
“Het basisonderwijs volgde ik op de latere John F Kennedyschool. Hierna ging ik naar het Maasland College en vervolgens naar de pedagogische academie Groenewoud in Nijmegen. Ik studeerde af in 1978 en ging daarna als dienstplichtige in militaire dienst. Ik heb eerder mogen stoppen, omdat ik als leerkracht kon beginnen op een basisschool in Oss.”

Op welke school ging je lesgeven?
“Ik werd aangenomen op de openbare school de Bussel in Oss. Deze school stond midden op een open vlakte in een nieuwbouwwijk. Ik heb daar 22 jaar les gegeven aan alle klassen, met een lichte voorkeur voor de bovenbouw.”

Wanneer ben je de politiek in gegaan?
“Tijdens mijn werkzaamheden op de Bussel in Oss heb ik aan de Universiteit van Utrecht een deeltijd opleiding psychologie gedaan en studeerde daar in 1994 af. In die periode werd ik benaderd of ik interesse had in de politiek en daar had ik wel zin in. Eind 1993 hebben we met een aantal mensen uit het dorp Oijen de politieke partij OPK (Oijens Politiek Kollectief) opgericht. Al bij de eerst volgende verkiezingen kregen we twee zetels in de gemeenteraad van Lith. Vier jaar heb ik oppositie gevoerd en van 1998 tot 2002 ben ik wethouder geweest. Momenteel ben ik weer actief als raadslid in Oss voor de VDG (Voor De Gemeenschap).”

Wanneer ben je voor het eerst directeur van een basisschool geworden? 
“In 2000 werd ik als directeur benoemd op De Krullevaar in Heesch. Dit was een kleine school, dat betekende dat ik naast directeur ook een lesgevende taak had. Dat was een zware combinatie. Ik heb daar een aantal mooie ontwikkelingen doorgemaakt. Zo werd er een nieuwbouw gerealiseerd en een nieuw onderwijsconcept geïntroduceerd: het Dalton onderwijs. Na 5 jaar kwam er een vacature vrij bij Den Dijk in Odiliapeel, ik solliciteerde en werd aangenomen.”

Hoe heb je de overgang ervaren van Heesch naar Odiliapeel?
“Ik begon in 2005 bij Den Dijk. In de regio Oss kende ik het hele onderwijsveld en alle collega’s, in Odiliapeel kende ik de collega’s maar de regio nog niet. Dat was best moeilijk in het begin. Een netwerk opbouwen kost wat tijd, maar ik voelde me wel gelijk thuis. In 2007 werd ik, naast het directeurschap, coördinator WSNS voor het samenwerkingsverband, wat betekende dat ik bij alle scholen in Uden en Zeeland kind aan huis was.”

Wat is het grootste verschil tussen een school op een dorp en in een stedelijk gebied?
“In een dorp staat meestal maar één school en die heeft een belangrijke sociale functie. De mensen kennen elkaar veel beter dan in een stad. Het is meestal een hechte gemeenschap. Als de kinderen bij een lokale sportclub of een andere vereniging zitten, dan zien ze daar meestal ook hun klasgenootjes. Met carnaval bouwen ze samen aan een wagen en de jeugdprins is altijd een kind uit groep 7. De school wordt altijd betrokken bij de dorpsactiviteiten.”

Jullie hebben ook mee gedaan aan een anti-pestprogramma KiVa.
“Daar zijn we in 2011-2012 mee gestart. Na een uitgebreide oriëntatie kwamen we in contact met de universiteit Groningen. Die startte met een pilot van een Fins programma dat vertaald werd naar de Nederlandse situatie. Zij zochten een aantal pilot-scholen en een aantal scholen die als referentie konden dienen. Wij behoorden tot de scholen die het programma gingen uitvoeren. Hier hebben we samen met de ouders op een zeer prettige manier aan gewerkt. Het uitgangspunt is dat je verantwoordelijk bent voor jezelf maar ook voor de omgeving en de ander.”

Hoe belangrijk vind je het dat de kinderen het maximale uit hun schoolperiode halen?
“Niet alle kinderen kunnen en hoeven even goed te zijn, de ene heeft het gemakkelijker dan de ander. Als elk kind doet wat bij hem/haar past en daardoor het maximale uit zichzelf weet te halen dan is dat goed. Je moet altijd uitgaan van de mogelijkheden en niet van de onmogelijkheden.”

Het schoolgebouw was toe aan een nieuw gebouw, wanneer was dat?
“In 2009 voerden we al gesprekken met de peuterspeelzaal en de kinderopvang om te kijken of we samen konden werken. Zo is uiteindelijk het Integraal Kindcentrum Den Dijk ontstaan, dat in een nieuwbouw plaats zou nemen. Voor de zomervakantie van 2015 hebben we het oude gebouw verlaten en verhuisden wij en de peuterspeelzaal plus de buitenschoolse opvang naar units bij de bosrand aan de Spechtenlaan. In deze periode hebben we heel sterk de verbinding met elkaar gezocht. Er werd gekeken en besproken hoe we het samen zouden gaan doen als we naar het nieuwe gebouw zouden gaan. Een week voor de zomervakantie van 2016 zijn we naar de nieuwbouw gegaan. Dit was zeker één van mijn hoogtepunten in Odiliapeel.”

Is er nog iets van de oude school is bewaard gebleven?
“Een ornament dat boven de ingang van de oude school zat, is bij de speelplaats van de nieuwe school geplaatst. We vonden het een mooi idee om vlakbij het ornament een tijdskoker in de grond te begraven. Hierin zit een plattegrond van de oude school, een USB stick met daarop de bouwtekeningen van de nieuwe school, en tekeningen van kinderen.”

Wat ga je het meeste missen?
“Deze 15 jaar heb ik veel meegemaakt, het verlies door overlijden van oud collega’s, ouders en zelfs kinderen zijn gebeurtenissen die je altijd bijblijven. Maar er zijn minstens evenveel bijzondere gebeurtenissen waar ik met veel plezier op terug kijk. Ik neem afscheid als directeur van Den Dijk maar als stafmedewerker bij Passend Onderwijs voor onderwijsorganisatie Kiem, zal het contact met de school en de collega’s blijven bestaan. Een goed afscheidsfeest met alle kinderen en fijne collega’s is door de coronamaatregels uitgesteld.”

Cv Adri
Adri is geboren in 1958 in Oss. Zijn vader was beroepsmilitair bij de Landmacht en moeder zorgde voor de kinderen en het huishouden. Adri heeft drie zussen. Kort na zijn geboorte verhuisde het gezin naar de Hoefstraat in Oss. Hij leerde zijn eerste grote liefde José in 1977 kennen. In 1982 zijn ze in Berghem getrouwd en in Oijen gaan wonen. Ze kregen twee kinderen: een jongen en een meisje. Samen zorgden ze voor de inkomsten, de kinderen en het huishouden. José werkt nog steeds als apothekersassistente.